Familie 1

Het gemis van de familietitels

“Ben ie ene van Boer?”

Voor alle mensen die opgegroeid zijn in een dorp, schets ik waarschijnlijk een herkenbaar beeld. Je wordt door de oudere generatie aangesproken en krijgt met een plat accent de vraag: “Ben ie ene van Boer?” Voor de een ben je de dochter van en voor de ander het zusje, het nichtje of de kleindochter van. Ons kent ons. Zo werkt dat vaak. En alhoewel ik vroeger volmondig zei dat ik nooit in zo’n klein dorp wilde blijven wonen, moet ik bekennen dat ik het ‘ons kent ons gevoel’ nu wel eens mis. Waarom? Dat ga ik je vertellen.

Zoals ik al zei was er een periode dat ik dacht: wat heeeerlijk om in de stad te wonen. Ondanks dat je daar niet in een vrijstaande woning woont, heb je toch veel meer privacy. Buren bemoeien zich niet zo met elkaar en iedereen doet gewoon zijn eigen ding. In een klein dorp werkt dat heel anders. Doordat iedereen elkaar kent, heb je automatisch een soort sociale controle en wordt er uiteraard over elkaar gesproken.

Ik kan me voorstellen dat mensen soms een wat bekrompen beeld hebben bij die kleine dorpjes. En het vooroordeel hebben dat men in een klein wereldje leeft. Dat zie ik inmiddels wel anders. De dorpjes hebben namelijk ook iets heel moois en geven je sociaal gezien juist een ‘grotere wereld’. In de stad zijn mensen meer op zichzelf gericht en zullen er naast je eigen vrienden weinig mensen naar je omkijken. In een dorp hoor je er automatisch bij (mits je daar voor openstaat natuurlijk). En waar het soms kan voelen als bemoeienis, staan mensen ook voor elkaar klaar.

Een mooi voorbeeld is dat ik tijdens de coronajaren in de bruisende stad Groningen woonde. Maar als dan al het bruisende om je heen gesloten is, merk je pas hoe erg je op jezelf aangewezen bent in de stad. Bij mijn familie in ‘het kleine dorp’, merkten ze daarentegen weinig van corona. Op de boerderij ging het werken gewoon door zoals altijd. En sociaal kwamen dorpsgenoten gezellig bij elkaar over de vloer. Natuurlijk niet helemaal volgens de regels maar aangezien iedereen op loopafstand van elkaar woont, was het risico niet zo groot om door de politie staande gehouden te worden.

Ik was gewoon jaloers op dat gezellige dorpse sfeertje, terwijl ik in de stad zat te verpieteren. Daarom vroeg ik mijn broer of hij mij niet kon uitnodigen als er weer zo’n dorpsborrel was. Maar dat was vaak spontaan en kwam er niet van. Hij gaf wel aan dat een vriend van hem nog zijn verjaardag ging vieren. Op dat moment was ik alle schaamte allang voorbij en had ik zo’n behoefte aan sociaal contact… Dus heb ik mezelf (sneu genoeg) maar uitgenodigd voor zijn (kleine) feestje. Ik mocht komen! Of hij het echt leuk vond geen idee, misschien durfde hij niet te weigeren. Maar ik kon de deur uit!

Het grappige is dat je in een dorp vaak met hele uiteenlopende mensen samenkomt. Jong en oud loopt lekker door elkaar heen en ook mensen met allerlei verschillende interesses en overtuigingen. En dat kan juist weer heel verfrissend zijn en je wereld weer een stukje groter maken. Kortom, iedereen kent elkaar, praat met elkaar en zoals ik in mijn intro al noemde kennen ze jouw familie ook.

Wanneer iemand mij vroeg of ik de dochter, het zusje of het kleinkind van was, kon ik altijd vol trots ‘ja’ antwoorden. De laatste tijd heb ik hier regelmatig aan gedacht, hoe trots ik eigenlijk ben op mijn familie en hoe ik dan ook met trots al die ‘familietitels’ draag. Ook kijk ik er altijd naar uit om mijn familie aan anderen voor te stellen. Het is toch iets wat echt bij jou hoort en wat je gevormd heeft tot wie je bent. En dat ze stuk voor stuk leuke en grappige mensen zijn, helpt natuurlijk wel mee.

Inmiddels heb ik mijn geboorteplaats en de stad verruild voor een Gronings dorpje. Veel dingen zijn herkenbaar. Het is een hecht dorp waar vaak meerdere generaties van de familie wonen. Wederom dat ‘ons kent ons gevoel’. Tegelijkertijd gek dat in deze omgeving voor mij de ‘familietitels’ er niet zijn. Hier begin je wat dat betreft weer even blanco en zullen er weinig lichtjes gaan branden bij het antwoord op de vraag “waar ben ie ene van”.

Nu verwachten Rob en ik binnenkort onze zoon en hebben we dan ons eigen gezin. Laatst kreeg ik de vraag wat ik mijn kindje zou willen meegeven en wat ik belangrijk vind binnen de opvoeding. Los van allerlei mooie normen en waarden dacht ik ineens: Ik hoop dat onze zoon later net zo trots zal zijn op zijn familie als ik. En dat hij hier in het Groningse dorp vol trots zal zeggen “ik ben ene van Roelofs!”

En een beetje van Boer natuurlijk ;).

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *